Home Hi-Fi Verslag AmpCamp 2012

Verslag AmpCamp 2012

0

Zelf een klasse-A versterker bouwen. Dat moet toch geweldig zijn voor de handige hifi-liefhebber. Jan Didden van Linear Audio heeft een workshop georganiseerd waarbij 25 liefhebbers met de soldeerbout aan de slag gingen om twee Pass Labs mono-blokjes in elkaar te zetten. Wij mochten erbij zijn en hebben ook met hete tin en multimeters gerommeld.

AmpCamp Jan Didden Nelson Pass
De dikke koelblokken om de 6 watt klasse-A te koelen. Hij wordt ongeveer 20 graden warmer dan de omgeving.

Om negen uur ?s ochtends zit de praktijkruimte van Fontys Hogescholen in Eindhoven tjokvol. Alle vijf de werkplekken zijn bezet door liefhebbers die bijna niet kunnen wachten om met de weerstanden, condensators en hete tin aan de slag te gaan. Toch wil Jan Didden graag eerst even een inleiding houden. En terecht! Zo horen we tijdens de inleiding dat het ontwerp van de eindversterker bij Nelson Pass vandaan komt. Een variatie op het ?First Watt?-versterkertje. Dit belooft een mooie dag én een mooi product te worden.

Zes watt muziek

De voorwaarde van de ?AmpCamp?-versie van de ‘First Watt’, is dat de klasse-A eindbakjes in één dag te maken zijn. Een lastige opgave, maar zeker niet onmogelijk voor de ?guru? van de zelfbouwers. Het resultaat van wat noeste arbeid, is de AmpCamp-EU eindversterker. Een simpele, maar opvallend goed ogende, 6 watt klasse-A eindversterker. Maar 6 watt? Ja, maar wel pure klasse A en dat klinkt gewoonweg erg lekker. Daarbij komt dat 6 watt in veel gevallen gewoon genoeg is. Zeker met hoogrendement-luidsprekers. U moet voor de grap maar eens gaan meten hoeveel vermogen u écht gebruikt. Dat is vaak niet meer dan vijf watt.

Maar terug naar het versterkertje. Uiteraard zijn de twee mono-blokjes in twee aparte behuizingen gezet én hebben ze elk een eigen voeding. Deze is extern gehouden voor de veiligheid. De voeding is ook geen onderdeel van deze workshop; die krijgen we erbij. Voor vandaag is de focus op het versterkerdeel gehouden.

In stukjes

AmpCamp Jan Didden Nelson Pass
Al het gereedschap is er in de praktijkruimte van Fontys Hogescholen in Eindhoven.

Jan Didden heeft 25 kitjes klaargelegd: een zakje met onderdelen (denk aan weerstanden, condensators en transistors), een zakje schroeven en de aluminium behuizing, waar het grootste deel koelblok is. Geen overbodige luxe, want klasse-A kan erg heet worden. Met name onbelast. Immers: alles staat continu ‘open’. Pas als u gaat spelen, gaat een deel van de energie naar de luidspreker. Het verschil tussen het volle vermogen en de gevraagde energie moet dan gekoeld worden. Kortom: als  u gaat spelen, wordt de versterker minder heet.

Opvallend is hoe mooi de behuizing is. Het front is bijzonder dik en strak afgewerkt. De uitsparingen passen precies, dus het kost geen moeite om de schakelaars en uitgangen voor de luidsprekers op de plek te krijgen en vast te zetten. Ook de kap is mooi dik uitgevoerd en past bijzonder mooi, waardoor er uiteindelijk twee eenvoudige, maar prima afgewerkte monoblokjes staan.

Stevig, strak en hoogwaardige kwaliteit. En dat voor 289 euro, want zoveel kost deze workshop. Geen geld, gezien het feit dat er begeleiding rondloopt, al het gereedschap voor handen is en u met twee mooie eindversterkers naar huis kunt rijden.

Eerste stappen

AmpCamp Jan Didden Nelson Pass
Het niveau verschilt enorm. Er zijn beginners, maar ook zeker doorgewinterde techneuten.

Leuk aan de workshop, is dat het niveau enorm verschilt. Er zitten zowel doorgewinterde techneuten, als beginners die voor het eerst een soldeerbout vasthouden. Erg lovenswaardig dat ze hiermee beginnen. En prachtig dat Jan Didden voor degelijke begeleiding heeft gezorgd; er lopen namelijk een paar extra begeleiders rond die deze ? en andere ? mensen kunnen helpen als het even mis gaat.

Tinlucht

Als Jan Didden klaar is met de inleiding en de begeleiders rond gaan lopen om mensen op gang te helpen is het ineens opvallend rustig in de workshop; iedereen is aandachtig de handleiding aan het lezen. Daarna is het tijd voor het ?vullen? van de printplaatjes; het plaatsen van de juiste weerstanden, condensators, diodes, headertjes en transistors. Toch iets om even het hoofd bij te houden, merken we, want sommige kleurcodes lijken veel op elkaar. Als we er zeker van zijn dat de juiste componenten op de juiste plek zitten, kunnen we de soldeerbout pakken om ze vast te zetten; niets lekkerder dan de lucht van gesmolten tin in de ochtend! We zijn ? als we klaar zijn met solderen ? toch wel een kleine twee uur verder.

Stap voor stap

AmpCamp Jan Didden Nelson Pass
Het begint allemaal met het plaatsen van de onderdelen op de juiste plek van de print.

De printplaat is natuurlijk het begin. Die moet nog netjes op een koelblok komen om de overtollige warmte, dat inherent is aan een klasse-A ontwerp, af te voeren. Tussen de transistors voor versterking en het koelblok, leggen we een rubbertje voor isololatie, waarna we ze vastzetten. Daarna kunnen de pinnetjes door de print en kunnen we ook deze vastsolderen.

Het begin is nu écht gemaakt. We zijn er best trots op als we het ? voor ons oog ? vrij nette printplaatje zien. Het is nu tijd voor het afregelen van de ruststroom. Die moet op 12 volt komen te staan: de helft van de voedingsspanning en toevallig ook keer het wattage wat de versterker kan leveren. Dat is echt puur toeval, meldt Didden nog.

Schakelaartjes en terminals

AmpCamp Jan Didden Nelson Pass
Bijna klaar! Het kastje werkt bijzonder prettig. En het ziet er ook nog goed uit.

We hebben bijna twee monoblokjes! Het is nu de beurt aan het front en de achterzijde. Daar komen de schakelaar en de terminals in. Op het front komt ook een net ledje om te verklikken of de versterker aan staat of niet. Achterop komen de luidsprekeraansluitingen en een line-in. Uiteraard met een rode of witte rand om links en rechts goed uit elkaar te kunnen houden. Het materiaal is van uitstekende kwaliteit. De klemmen zijn degelijk verguld en bijzonder stevig. Het zijn zeker geen goedkope spullen waar we hier mee werken.

Net als de luidsprekeraansluitingen: zonder meer geschikt voor degelijke bekabeling. Opvallend is ook dat we ze heerlijk kunnen monteren. Het zit allemaal goed vast op de achterplaat. Wel zo prettig natuurlijk als u een keer een paar kabels wilt wisselen. Het zou toch zonde zijn als u in één klap alle aansluitingen eruit trekt.

Ultieme test!

Als alle interne bedrading – zoveel is het niet – netjes op de plek zit en op maat is geknipt, kan de kap erop. Het is dan tijd voor de ultieme test: aansluiten en spelen. Er staat een gemodificeerde Marantz cd-speler (Tjoeb-versie) en een setje breedband luidsprekers om mee te testen.

We hangen onze mono’s eraan en warempel: we horen netjes muziek. Natuurlijk moet het setje nog inspelen en kunnen we nu helemaal niet bepalen hoe het klinkt  – een recensie volgt nog – maar het is wel gewoon erg leuk om zelf iets te maken. En het is helemaal leuk als het ook nog goed werkt!

Conclusie

Wat een geweldige dag. En wat een geweldige ervaring om zelf een prachtige versterker in elkaar te zetten. Het is zowel bijzonder leerzaam ? je krijgt toch meer inzicht in hoe een versterker werkt ? als gezellig om het in zo?n gemotiveerde en diverse groep te doen. Wij willen Jan Didden (en Fontys Hogescholen) complimenteren met deze geweldig goed georganiseerde dag. Wij hopen op een jaarlijkse terugkeer!

×